Laatst zag ik voor de zoveelste keer een reportage over het conflict tussen Israël en de Palestijnen, dit keer ging het (weer) over het bouwen van nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever tegen de afspraken in. Een beeld waar maar geen einde aan lijkt te komen, om moedeloos van te worden. Sinds het boek ‘Het zijn net mensen’ van Joris Luyendijk weet ik echter dat de media ons vooral díe beelden voorschotelt die ons bestaande beeld bevestigen, want positieve berichten verkopen minder. Dus krijgen we vooral dat te zien wat we blijkbaar willen zien.
Verderop in de reportage wordt de Palestijnse oud minister-president gevraagd om te reageren op deze laatste ontwikkeling. Wat mij opvalt is dat hij zich niet keert of verzet tégen Israël, maar steeds spreekt over wat de Palestijnen zélf kunnen doen. Hij klinkt bevlogen en vastberaden en gelooft in de mogelijkheid van een vreedzame en onafhankelijke Palestijnse staat, een samenleving waarin openheid, gelijkheid, eerlijkheid en ontvankelijkheid voor de behoefte van mensen centraal staan. En dat dit niet van Israël afhangt.
Hij klinkt niet naïef, of ‘tegen beter weten in’, en het is ook geen lege retoriek. Het is alsof de muur in hemzelf al gevallen is, alsof het vrije Palestina in hem zelf al bestaat, en dat het enkel een kwestie van tijd is voordat het ook in de werkelijkheid gerealiseerd gaat worden. Tot slot van het interview refereert hij aan de val van de Berlijnse muur die ook niemand had verwacht, en hij zegt daarbij veelbetekenend: ‘Je weet het nooit, zulke dingen gebeuren’.
Ik vind het een mooi beeld van iemand die te midden van grote krachten, want het is daar nogal een wespennest, zich werkelijk vrij lijkt te hebben gemaakt van de reactiviteit van dit slepende conflict. En daarin het geloof in zichzelf en zijn mensen heeft behouden of teruggevonden. Een archetypisch beeld haast, wat nog meer zeggingskracht krijgt als je het dichter bij huis haalt, en bijvoorbeeld vertaalt naar jezelf in het krachtenveld van een organisatie. Ook daar kun je moedeloos worden van het politieke spel en de taaie cultuur die in organisaties een rol kan spelen. Ook daar lijkt soms geen einde aan te komen aan de muren die er tussen mensen lijken te staan. En ook daar rijst de vraag hoe je vrij kunt blijven en het geloof in jezelf behoudt.
Dat is geen eenvoudige opgave. En daarin is het om te beginnen goed om je te realiseren hoe je zelf vaak ook muren in stand houdt. Bijvoorbeeld door vast te houden aan het ingesleten beeld dat je van de organisatie, van jezelf en van anderen hebt: ‘ik word hier toch niet serieus genomen’, ‘er valt met hem niet te praten’, ‘wat je ook doet, vroeg of laat moet je het hier ontgelden, ‘er wordt toch niet naar je geluisterd’. En laten we wel wezen, soms zit daar ook echt een kern van waarheid in. Maar ook hier is het zo dat die bestaande beelden vaak beter verkopen dan een nieuwe frisse kijk op de zaak. Je verkoopt ze aan jezelf of aan je collega’s. En ondertussen raak je er je energie aan kwijt, blijft de muur in stand, en verdwijnt het geloof in jezelf daarachter.
De bevrijdende oproep van de Palestijnse oud minister-president aan zijn mensen is om te kijken wat ze zélf kunnen doen. En ik zou daaraan willen toevoegen: En waar gelóof je zelf in? Het is een mooie vraag om jezelf in deze tijd van het jaar, waarin de natuur naar binnen keert, te stellen. En om dan in de diepte te luisteren naar het antwoord dat komt.
Ik geloof zelf in de unieke en uiterst persoonlijke bijdrage die ieder mens kan leveren aan zijn omgeving. Geen grootse werken, eerder kleine bewegingen van de ziel, die beginnen bij een kleine handeling of een stil gebed, bij het weer gaan geloven in jezelf.
En wie weet, ooit op een dag, valt dan de muur. Want ‘zulke dingen gebeuren’.
De liefde overwint, De muur valt voor het kind, De nacht valt voor de dag, Het hoofd valt voor het hart, Ooit op een dag
‘Ooit op een dag’ – Stef Bos